Vandaag komen we weer samen om te herdenken. We herdenken de slachtoffers die vielen tijdens de Tweede Wereldoorlog en ook de gevallenen in conflicten na die tijd.
U heeft vandaag een keuze gemaakt om hier naar toe te komen. U kiest er bewust voor om te herdenken. U heeft er dus over nagedacht. Maar niet alleen u denkt na over herdenken, ook kinderen doen dat. Dat merkte ik weer toen ik afgelopen weken met leden van het 4 en 5 mei comité bij onze basisscholen langs ging om met de kinderen van groep 7 en 8 in gesprek te gaan over de Tweede Wereldoorlog en de vrijheid waarin wij nu mogen leven.
Op één van de scholen werd mij door een leerling de vraag gesteld: “Waarom is herdenken zo belangrijk?”
Met mijn antwoord kon ik dicht bij de belevingswereld van de kinderen blijven. Want het klinkt soms zo abstract. Denken aan iets dat je zelf niet hebt meegemaakt, een oorlog van tachtig jaar geleden. Dat is soms moeilijk voor te stellen. Maar het wordt concreter wanneer je denkt aan hoe zulke verschrikkingen kunnen beginnen, waar de kern ervan zit. Dan doel ik op hoe mensen met elkaar omgaan. Dat je anderen buiten sluit. Soms gewoon om wie ze zijn of wat hun achtergrond is. Vertaald naar de belevingswereld van een kind: dat je anderen pest. Een thema waar gelukkig veel aandacht voor is. Drie weken geleden was het nog de week tegen het pesten.
Op 4 mei zeggen we vaak dat het doel van herdenken is te voorkomen dat zoiets vreselijks dat gebeurd is, weer gebeurt. Ontzettend belangrijk dus om al op jonge leeftijd aandacht te hebben voor waar onenigheid mee begint en hoe je dat kunt voorkomen: door elkaar te respecteren. In het gesprek met de kinderen ging het toen ook over gelijkheid. Er werd gezegd dat iedereen gelijk is, maar een ander zei dat dit niet waar is, volgens hem is iedereen verschillend. Ze hadden beiden gelijk. Juist omdat iedereen verschillend is, is iedereen gelijk. En elkaar respecteren gaat erover dat je accepteert dat iedereen verschillend is, dus niet het zelfde als jij.
Natuurlijk gaat het in deze tijd van herdenken vaak over de Joodse gemeenschap, de groep mensen die in de Tweede Wereldoorlog het hardst is geraakt. Een bevolkingsgroep die al eeuwenlang te maken heeft met een vorm van racisme. Een vorm waar zelfs een apart woord voor bestaat: antisemitisme. En ook al is de oorlog alweer bijna tachtig jaar geleden. Antisemitisme is er nog steeds. Erger nog, sinds de oorlog in Gaza is er sprake van een sterke toename. Omdat wij dit niet willen accepteren hebben we, zowel als burgemeesters in Nederland als ook hier lokaal met raad en college in Hattem, hierover deze week gezamenlijk een statement afgegeven. Hierin schrijven we onder andere dat iedereen een mening mag hebben over die oorlog en over de opstelling van beide partijen hierin. Je mag ook kritiek hebben op de Israëlische regering. Dat staat niet gelijk aan antisemitisme. Hiervan is wel sprake als je Joodse mensen onverkort verantwoordelijk houdt voor het handelen van die regering, alleen omdat zij Joods zijn. Hen daarom intimideren, bedreigen of aanvallen is antisemitisch en dus onacceptabel.
Nu wij weten waartoe antisemitisme kan leiden, nu wij zien dat dit niet weg is en zelfs weer toeneemt, kunnen wij dan optimistisch blijven naar de toekomst? Ik meen van wel. Mijn optimisme wordt gevoed door de gesprekken in de schoolklassen in Hattem. De blijvende aandacht die daar is voor het verleden, onder andere doordat elke school een herdenkingsmonument heeft geadopteerd en hier actief bij betrokken is, de wijze woorden die de kinderen nu al spreken als het gaat over gelijkheid en respect, het feit dat aandacht blijft voor de basis, dat is waar het om draait.
Het woord herdenken begint met ‘her’. Eén van de betekenissen van het woordje ‘her’ is opnieuw. Opnieuw denken dus, steeds weer. Continu als in een cirkel. Vandaag denken we aan de dood, aan het einde van het leven. In dit geval aan het volstrekt onrechtvaardige einde aan vele levens. We denken ook aan onze kinderen, daar waar het leven weer begint. We denken aan de waarden die we aan hen mee willen geven, zodat ook zij alert blijven op die ogenschijnlijk kleine dingen, zoals pesten, die uit kunnen groeien tot iets vreselijks. Dat we allen waakzaam blijven op signalen waar we de ander niet meer gunnen anders te zijn. Dat we handelen als we die signalen zien en herkennen. Dat we in actie komen. Iedere keer opnieuw!