Van bruin naar fris
De Bibliotheek Noord-Veluwe waarin ook de Hattemse vestiging is opgenomen bestaat in 2025 twintig jaar. De ontwikkeling die de organisatie doormaakte valt te vergelijken met de metamorfose van vlinders. Waar daar een onooglijke pop verandert in een kleurrijke fladderaar, transformeerde de bibliotheek van een donkerbruine uitleen-organisatie naar een frisse, lichte maatschappelijk-educatieve bibliotheek, waar ontmoeting hoog in het vaandel staat.
Van vijf biebs naar één organisatie
En dat sinds 1 januari 2005 onder leiding van Hetty van de Weg, die tegenwoordig formeel directeur-bestuurder is van een bibliotheek verdeeld over de gemeenten Elburg, Epe, Hattem, Heerde en Oldebroek. Lachend blikt ze terug op de beginjaren: ‘Van die ouderwetse donkere bruine ruimtes met lange uitleenbalies. Alleen Hattem was destijds een uitzondering. Die zat boven de Boni daar en was net ingericht, met donkere metalen kasten en dat soort zaken. Later was dát natuurlijk weer ouderwets. In 2006/2007 zijn we onze eigen huisstijl gaan ontwikkelen. Licht, fris helder. Recent zijn de locaties in Vaassen en ’t Harde onder handen genomen en op korte termijn zijn Elburg en Epe aan de beurt.’
In de laatste twee plaatsen heeft de Bibliotheek Noord-Veluwe al die jaren in hetzelfde pand gezeten. ‘Voor de rest zijn we vreselijk vaak verhuisd. In ’t Harde, Wezep, Oldebroek hebben we op diverse locaties gezeten. Twee jaar terug zijn we binnen Vaassen nog verhuisd.’
Vernieuwing
De contouren van de huidige bibliotheek werden geschetst op een avond in 2003, in het Nunspeetse Mennorode. Van de Weg: ‘Vanuit de landelijke overheid was bepaald dat de bestaande provinciaal gestuurde bibliotheken geherstructureerd moesten worden. Een vernieuwing die moest zorgen voor moderne basisbibliotheken, onder regie van gemeenten. In Mennorode zaten toen wethouders en bibliotheekhoofden bij elkaar. Ik was destijds hoofd van de bibliotheken in Hattem en Wezep.’
Van vijf besturen naar één stichting
Die avond vonden de wethouders van Elburg, Epe, Hattem, Heerde en Oldebroek elkaar. Op 12 juli 2004 zaten ze bij de notaris in Heerde om vast te leggen dat de nieuwe stichting Bibliotheek Noord-Veluwe op 1 januari 2005 van start zou gaan. ‘En dat was snel hoor’, vertelt Van de Weg. ‘Wij waren de eerste nieuwe basisbibliotheek in Gelderland. Dat is toen heel goed opgepakt door die wethouders. Want het was een heel traject, inclusief de aan- en verkoop van onroerend goed. In de stuurgroep zaten de vijf wethouders en de vijf voorzitters van besturen van de oude bibliotheek-stichtingen, die gefuseerd zijn tot één stichting: de huidige.’
Digitale revolutie
De metamorfose die de Bibliotheek Noord-Veluwe toen doormaakte ging gepaard met een digitale revolutie. ‘In 2005 deelde ik samen met mijn collega Diana Pater één vaste pc. Je weet wel, zo’n grote kast. Wie ‘m nodig had gebruikte hem. Moet je nu kijken. In onze vestigingen staan steeds minder pc’s. Iedereen komt tegenwoordig binnen met eigen iPad, laptop of telefoon. Een hele verandering.’
Van balie naar zelfservice
Het was de tijd dat een hele organisatie op poten moest worden gezet. ‘Van het runnen van een gebouw met boeken moesten we een maatschappelijk-educatieve organisatie worden met de nadruk op basisvaardigheden: taal, cijferen en rekenen en digitale vaardigheden. De bieb moet er mede voor zorgen dat iedereen mee kan blijven doen in de samenleving’, aldus Van de Weg. ‘Zelf werden we ook steeds digitaler’, vervolgt ze. ‘Vroeger had je grote balies waar verschillende medewerkers achter stonden om boeken in te nemen, na te kijken, te verlengen of uit te lenen. Tegenwoordig hebben we zelfservice. De mensen doen het allemaal zelf. Ze reserveren vaak ook online.’
Kleinere collecties
Ook de presentatie van boeken is veranderd. Niet langer eindeloze rijen ruggen kijken, maar in de vestigingen staan thematische displaytafels en zijn er meer frontale cover-presentaties in de kasten. ‘Dat kan omdat onze collecties kleiner zijn geworden’, legt ze uit. ‘We hebben tegenwoordig e-books en luisterboeken en online is van alles te vinden. We hebben veel minder informatieve boeken. Wie op vakantie wil naar een bepaald land of vragen heeft over gezondheid komt geen boek meer halen maar gaat het internet op.’
Trots
Als grootste verdienste van ‘haar’ bibliotheek noemt Van de Weg het feit dat ze altijd is meegegaan met de tijd. ‘We geven digitale trainingen, we hebben in een aantal vestigingen studiecabines, er zijn spreekuren voor vragen over taal en over digitale zaken. We worden – ook door de gemeenten – gezien als een basisvoorziening die echt in behoeftes voorziet en we werken tegenwoordig met heel veel partners samen. Daar zijn we erg trots op.’
Laaggeletterdheid voorkomen
Die samenwerking is goed te zien op scholen in de regio, waar steeds meer onderwijsinstellingen samenwerking zoeken met de bieb via de Bibliotheek op School. Maar ook via de Taalpunten die in 2013 in het leven werden geroepen ter bestrijding van laaggeletterdheid. Van de Weg: ‘Daar zijn we nog steeds druk mee en daar werken we met veel partners samen als welzijnsorganisaties, vluchtelingenwerk, taalaanbieders en de Stichting Lezen & Schrijven.’
Meegroeien
Voor de toekomst heeft de directeur-bestuurder geen vastomlijnde plannen: ‘Ik heb geen stip op de horizon gezet, zo van ‘daar moeten we heen’. We willen mee blijven groeien met wat om ons heen gebeurt. Aansluiten bij nieuwe ontwikkelingen. Neem digitaal burgerschap, het Informatiepunt Digitale Overheid. Iedereen moet mee kunnen in de maatschappij. Geweldig dat die taak bij ons is gelegd. Daar spreekt vertrouwen uit. En daarnaast willen we ook deze gezellige bibliotheek blijven waar je komt voor mooie boeken, het nieuwste van het nieuwste.’
Kennis, amusement én contacten
‘En, dat is wel wat ik hoop voor de toekomst, dat meer mensen ons weten te vinden voor allerlei activiteiten. Niet alleen voor de basisvoorzieningen, maar ook voor een ontmoeting, een praatje. Eenzaamheid is een groot probleem waar wij als bieb ook iets aan hopen te kunnen doen. Kort gezegd: iedereen moet weten dat je bij de bibliotheek voor van alles terecht kunt, dat het een vanzelfsprekende plek is om te bezoeken.’