Ernst armoede neemt toe

In 2023 waren 540 duizend mensen in Nederland arm. Dat komt neer op 3,1 procent van de bevolking (Hattem: 1,4 procent) In vergelijking met 2018 zijn in 2023 relatief minder bijstandsontvangers en relatief meer werkenden arm. Zij komen doorgaans meer inkomen tekort dan arme bijstandsontvangers, aldus een nieuwe meetmethode die 17 oktober werd gepresenteerd. Het gaat niet meer alleen om het inkomen. Blijft er na het betalen van de vaste lasten te weinig geld over voor andere basisbehoeften, dan is een huishouden arm.
De komende weken spreekt RTV Hattem met Op Ko€rs (gratis hulp bij formulieren en financiën) en wethouder Margriet Brouwer over armoede.

Armoede is er al sinds mensenheugenis. Vroeger werden armen in Hattem opgevangen in het pand van Stichting van Nicolaas Staal voor oude lieden (1805) in Kerkstraat 9 of in het Gesticht der Ouwe Vrouwen (1479) in de Knorrenburgersteeg. Armen kregen ook hulp dankzij giften van anderen.

In de commissievergadering van Samenleving & Bestuur van 14 oktober werd tijdens het Ronde Tafelgesprek Krachtig Hattem geldstress als een van de factoren genoemd waaronder gezinnen lijden: ‘Geldstress bij ouders kan zijn weerslag hebben op kinderen. Sichting Leergeld biedt ondersteuning, maar de stress is daarmee niet direct weg’. Men moest constateren dat men niet alle mensen met armoede in beeld heeft. ‘Het komt niet makkelijk op tafel.’
Op 21 augustus interviewden we (vrijwillige) medewerkers van Stichting Leergeld Hattem en spraken met hen wat zij zien en hoe zij mensen met een zeer kleine beurs begeleiden.

Hoe bereiken we mensen?
Er is veel aandacht voor mensen die het financieel moeilijk hebben, maar het blijft een probleem om mensen te bereiken. Zoals gezegd, het komt niet makkelijk op tafel. Ook bij Leergeld kennen ze niet alle Hattemers met armoede. Ook al is armoede al een probleem van eeuwen, het gaat de wereld niet uit. Leergeld: ‘Eigenlijk zouden wij overbodig moeten zijn, maar dat is niet haalbaar. Je hebt zoveel soorten gezinnen, zoveel oorzaken, het is niet samen te vatten.’
Ondertussen lijkt armoede alleen maar erger te worden.

Zorgwekkend
Op de website van de gemeente verschijnt op 17 oktober het recente rapport van de landelijke Stichting Armoedefonds waar Leergeld mee samenwerkt. Stichting Armoedefonds doet elk half jaar onderzoek naar de staat van armoedehulp in Nederland. De cijfers van het Armoedefonds tonen een zorgwekkende trend: de helft van de hulporganisaties zag het afgelopen half jaar een stijging in hulpvragen, vooral onder alleenstaande ouders. Mensen worstelen met huishoudelijke kosten (zoals boodschappen), kampen met schulden of hebben geen of te weinig financiële buffers. Hulporganisaties zien hierdoor veel vraag naar menstruatieproducten, wasmiddel, shampoo en andere verzorgingsproducten. Zonder de inzet van lokale hulporganisaties zou de armoedeproblematiek in Nederland nog schrijnender zijn. Een grote meerderheid van de armoedehulporganisaties verwacht dat het aantal hulpvragen de komende tijd blijft stijgen.

Ernst armoede neemt toe
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) presenteerden 17 oktober de nieuwe methode om armoede in Nederland te meten. In die nieuwe methode worden de werkelijke kosten die mensen hebben aan wonen en energie meegenomen in plaats van gemiddelden. Daarnaast is gekeken of huishoudens een financiële buffer hebben.
Hoewel het aantal armen in 2023 lager was dan in de jaren ervoor, nam de ernst van de armoede toe.

Bij de nieuwe armoedegrens worden voor het eerst de individuele uitgaven aan wonen en energie meegenomen. Voorheen werd uitgegaan van gemiddelde uitgaven. Huishoudens met relatief hoge woonlasten kunnen hierdoor als arm worden aangemerkt als er niet genoeg geld overblijft voor de andere noodzakelijke uitgaven. Daarnaast wordt vanaf nu gekeken naar het financieel vermogen waarover huishoudens beschikken. Nibud-directeur Arjan Vliegenthart: ‘Als een huishouden een inkomen onder de armoedegrens heeft, maar genoeg vermogensbuffer om een jaar lang de noodzakelijke uitgaven te doen, dan is het volgens de nieuwe methode niet arm. Een eigen huis zien we hierin niet als geld of vermogen, want daar kun je geen boodschappen mee doen.’

De nieuwe methode
In het rapport van het CBS, SCP en Nibud staan voor 35 verschillende typen huishoudens welke bedragen nodig zijn om volwaardig mee te kunnen doen in de samenleving. Naast geld voor wonen, energie, verzekeringen, kleding en de dagelijkse boodschappen, gaat het ook om bijvoorbeeld een telefoon, toegang tot het internet en sociale activiteiten. Tegelijkertijd kijkt men naar de daadwerkelijke uitgaven van een huishouden en de financiële middelen (inkomen en eventueel spaargeld of ander direct te besteden bezit).

De nieuwe armoedegrens
Als er na het betalen van de vaste lasten (wonen, energie en zorg) te weinig geld overblijft voor andere basisbehoeften, dan is een huishouden arm. Waar de armoedegrens voor een huishouden ligt, is afhankelijk van het soort huishouden. Hoe meer mensen, hoe meer er nodig is voor de minimale levensbehoeften. Op basis van de nieuwe methode is de armoedegrens in 2023:
Voor een alleenstaande: 1.510 euro netto per maand, bij een huur van 590 euro en energielasten van 145 euro.
Voor een paar met twee kinderen tot en met 12 jaar: 2.535 euro netto per maand.
Voor een tweeoudergezin met twee puberkinderen: 2.910 euro netto per maand.
Voor een eenoudergezin met twee pubers: 2.500 euro netto per maand.
Als het huishouden een vermogen (en daarmee een financiële buffer) heeft dat hoger is dan de armoedegrens op jaarbasis, dan is er geen sprake van armoede. Voor een alleenstaande lag dat bedrag in 2023 op 18.145 euro, voor een stel met twee jonge kinderen was dat 30.405 euro.

Meer informatie
www.stichtingleergeld.nl

Laat een reactie achter

Plaats alstublieft uw reactie
Vul je naam in