Volgens Daan Walet houdt iedere Nederlandse wielrenner van klimmen. Daarom schreef hij een boek over fietsroutes met hoogtemeters in eigen land: Klimmen in Nederland. De route ‘Noord-Veluwe’ start en finisht in het centrum van Hattem en bevat klimmetjes direct buiten Hattem en verderop in de Veluwe. Daarmee hoopt Walet zijn steentje bij te dragen aan het verder op de kaart zetten van Noord-Veluwe als wielerbestemming (‘waar de meesten blijven hangen in het zuiden’). Hij geeft ook tips om er een weekendje van te maken, zodat lezers buiten het fietsen om meer leuke dingen gaan doen in de omgeving. Ad Spakman heeft zaterdag 14 juni Walet te gast in het RTV Hattem-radioprogramma Hattem Actueel, even na 11.00 uur.
Vooruitlopend op het gesprek zaterdag had de redactie contact met de auteur. Of noemt hij zichzelf ‘een klimgek’?
‘Het lijkt wel alsof bijna elke wielrenner een klimgek is. Misschien komt het juist omdat ons land zo plat is. Of omdat wielrenners nou eenmaal van ‘afzien’ houden. Ik fiets zelf graag ook heuvels op, omdat het een hele nieuwe dimensie aan je fietsroute geeft. Natuurlijk is het ook een heerlijke fysieke uitdaging.’
Hattemse klimmen
‘De grootste uitdagingen liggen in de directe omgeving van Hattem. Daarbij zijn de klim van de Filipsberg (vanuit Wapenveld) en de Burgemeester Honcooplaan (ook vanuit het oosten) de pittigste klimmen uit de omgeving. Direct bij Hattem is er ook nog de Vuursteenberg, die als slotklim voor de route Noord-Veluwe dient. De klim met de grappigste naam is De Knobbel, een leuke uitdaging vanuit ’t Harde.’
Enthousiast
Zoals gezegd, zaterdag 14 juni komt Walet in de uitzending van Hattem Actueel. Telefonisch, dat wel, maar de verhalen van zijn collega-fietsers hebben hem enthousiast gemaakt om een keer écht te komen: ‘Voor een paar routes heb ik samengewerkt met lokale wielrenners, waaronder de route vanuit Hattem. Ik ben er helaas nog niet geweest. Het lijkt me een pittoresk stadje, waar de historie vanaf spat. Een leuk uitje om een weekendje naartoe te gaan met fietsvrienden of gezin, want buiten fietsen is er immers ook genoeg te zien en doen.’