Het symposium laaggeletterdheid, dat donderdagmiddag in de Heerd in Heerde is gehouden, is succesvol verlopen. Het symposium is een initiatief van de werkgroepen laaggeletterdheid van de Bibliotheek Noord-Veluwe. Bibliotheekdirecteur Hetty van de Weg heette de aanwezigen welkom en las enkele aansprekende gedichten over laaggeletterdheid voor, waarna wethouder Aalbers (Epe) een korte inleiding hield en letterlintjes uitreikte.
Het symposium begon met een lezing van Abdelkader Benali. Het verhaal van Benali over zijn ervaringen met de Nederlandse taal was informatief, humoristisch en ontroerend. Hij vertelde hoe hij als kind overal mee naar toe ging met zijn Marokkaans sprekende moeder, om haar te helpen met de Nederlandse taal.
Vertrouwen
“In de jaren 80 is laaggeletterdheid wel gezien maar niet gesignaleerd” gaf Benali aan. Voor het bestrijden van laaggeletterdheid moet er een goede band zijn tussen laaggeletterde en taalhulp “De eerste stap naar leren lezen en schrijven is vertrouwen, het is belangrijk dat je het gevoel hebt dat je geheim bij de ander in goede handen is.” Het voorlezen door ouders is volgens Benali geweldig: “Een kind gaat de taal voelen als ouders voorlezen, ze voelen de spanning, de angst, het plezier via de stem van de voorlezer”.
Paneldiscussie
Bij de aansluitende paneldiscussie, met Benali, wethouder Vos (Oldebroek), wethouder Cegerek (Heerde), taalpuntdocent Honders (Epe) en taalpuntdocent Peters (Hattem), werden stellingen van Marit IJpelaar van Stichting Lezen en Schrijven besproken. Het ging onder andere over de rol van de gemeente bij het signaleren van laaggeletterdheid en het bespreekbaar maken van laaggeletterdheid. “Er is lef nodig om laaggeletterdheid bespreekbaar te maken”, “De partner is onderdeel van de samenzwering en helpt om laaggeletterdheid te verbergen” en “Er is intrinsieke noodzaak nodig, de laaggeletterde moet iets echt willen, bijvoorbeeld voorlezen aan een kleinkind of een nieuwe taal willen leren” waren enkele van de conclusies.
Workshops
De bezoekers werden via workshops geïnformeerd over verschillende aspecten van laaggeletterdheid. Hans Oudijk gaf in de workshop “Taalstage” een inkijkje hoe het voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt is om weer binnen een werkomgeving zinvol bezig te zijn, Jolanda Walhout ontving de groep op een manier die niet de onze is bij de Workshop “Voel eens hoe het is om analfabeet te zijn in een vreemd land” om te ervaren wat het met je doet als je iemand niet verstaat of begrijpt, Jantine den Toom gaf in de workshop “Voorkomen is beter dan….” informatie over het belang van het voorkomen van laaggeletterdheid, voorlezen draagt bij aan de taal- en leesontwikkeling bij kinderen, Karin van Turnhout vertelde tijdens de workshop “Laaggeletterdheid en armoede” meer over de relatie tussen laaggeletterdheid en armoede, Diana Pater besprak in de workshop “Digitaal is ook taal” waarom het voor laaggeletterden zo lastig is digitaal vaardig te zijn en Hans van Halteren gaf in de workshop “Hoe ga je om met cultuurverschillen” voorbeelden van denken en handelen van de inburgeraar in Nederland.
Ministerie van SZW
Faryda Hussein, beleidsmedewerker van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, was een deel van het symposium aanwezig en heeft bij enkele workshops meegekeken. Bij de plenaire afsluiting van het symposium vertelde Hussein de aanwezigen over het Tel mee met Taal programma. De groep laaggeletterden wordt niet kleiner, ondanks alle inspanningen van het ministerie. Hussein en anderen van het ministerie willen input voor een effectiever programma.
Samen laaggeletterdheid bestrijden en voorkomen
Jennifer Zoombelt bedankte namens de werkgroepen laaggeletterdheid uit de gemeenten Elburg, Oldebroek, Hattem, Heerde en Epe de aanwezigen. Er waren vertegenwoordigers van gemeente, maatschappelijke organisaties, onderwijs en bibliotheek aanwezig bij het symposium. “Bestrijden en voorkomen van laaggeletterdheid doen we samen, met de nieuwe inspiratie van vandaag kunnen we weer aan de slag!”
2,5 miljoen laaggeletterden
Laaggeletterdheid beïnvloed de levens van vele Nederlanders. 2,5 miljoen volwassen Nederlanders hebben moeite met lezen, schrijven of rekenen. Twee derde van deze mensen is van Nederlandse afkomst. Het niet goed kunnen lezen of schrijven heeft invloed op verschillende aspecten van het leven van laaggeletterden. Zij hebben bijvoorbeeld moeite met het invullen van formulieren, reizen met het openbaar vervoer, pinnen en digitaal betalen of het voorlezen aan (klein)kinderen. Maar ook op hun arbeidsleven heeft het impact. Denk bijvoorbeeld aan solliciteren, het werken met de computer en het lezen van (veiligheids)instructies.